VZW
PIBO-Campus

Pagina afdrukken

Fusarium in wintertarwe na teelt van korrelmaïs

Aarfusarium 2aarfusarium 3

 

Met steun van Limburg

 

Probleemstelling

De vruchtafwisseling korrelmaïs gevolgd door wintertarwe is een frequente teeltrotatie in Haspengouw. Het nadeel van deze teeltrotatie is het gevaar voor een aantasting van aarfusarium. Deze aantasting heeft niet alleen een negatieve impact op de opbrengst, maar zorgt tevens voor de aanwezigheid van mycotoxines in de tarwekorrel. Vooral DON (deoxynivalenol) wordt na een Fusarium besmetting teruggevonden bij tarwe. Sinds 2006  is de EU-richtlijn van kracht en deze stelt dat tarwe met een DON gehalte van 1250 µg/kg of meer niet marktgeschikt is voor menselijke consumptie. Sindsdien wordt bij de ziektebestrijding meer en meer rekening gehouden met aarfusarium. De EU-richtlijn slaat enkel op tarwe voor menselijke voeding, toch is het duidelijk dat met DON gecontamineerd voeder de zoötechnische prestaties bij varkens en pluimvee beïnvloed worden. Varkens zijn duidelijk gevoeliger dan pluimvee: een concentratie van 300 tot 500 µg/kg DON veroorzaakt bij vleesvarkens reeds groeiremmingen en werkt immunodepressief waardoor de dieren gevoeliger worden voor infectieziekten.

Aarfusarium wordt veroorzaakt door verschillende Fusarium schimmels. Ze kunnen afzonderlijk doch ook naast elkaar voorkomen. Visueel veroorzaakt deze schimmel dezelfde symptomen, maar afhankelijk van de soort Fusarium worden er mycotoxinen geproduceerd.  De samenstelling van de Fusarium populatie varieert wel van jaar tot jaar en van locatie tot locatie. Weersomstandigheden tijdens en na de bloei, maar ook perceelskenmerken (vruchtwisseling en bodembewerkingen, …) zijn hiervan de oorzaak.

Preventie van aarfusarium en DON is een noodzaak. Zoals reeds aangehaald beïnvloeden diverse factoren het voorkomen van Fusarium spp. en de geassocieerde mycotoxinen. Regen vlak voor, tijdens en na de bloei is veruit de voornaamste factor, maar uiteraard oncontroleerbaar.  Vaak wordt echter vergeten dat regen slechts zorgt voor de verspreiding en kieming van de aanwezige sporen; de beperking van inoculum mag dan ook gezien worden als belangrijke preventiemaatregel die kan worden genomen.

Doelstelling

De doelstelling van het project is om de Limburgse landbouwers aan te tonen hoe men op een duurzame manier wintertarwe kan telen na de teelt van korrelmaïs. Het streefdoel is een zo hoog mogelijk gewasopbrengst van goede kwaliteit (zonder mycotoxines) met het gebruik van zo min mogelijk gewasbeschermingsmiddelen.

 Werking PIBO-Campus

4 objecten:

  • fusarium gevoelige variëiteit niet kerend
  • fusarium gevoelige variëiteit kerend
  • niet fusarium gevoelige variëiteit niet kerend
  • niet fusarium gevoelige variëiteit kerend